De wekker liep af en ik moest op. Moeilijk wakker worden na een onrustige en klamme nacht. Maar ik mag een uitvaart begeleiden en heb geen tijd te verliezen. Ondanks het vroege uur is het al snikheet. Ik trek met lichte tegenzin mijn pak aan. Het draagt zo warm.Ik smelt er bijna in. Maar je wil netjes voor de dag komen. Geen blote armen en tenen. Een uurtje later is het afscheid van de overledene. Jaloers bekijk ik de familie van de overledene . Die hebben geen kledingcode Bijna bloot en op slippers zijn ze. Er is erg veel belangstelling en de aula bij het crematorium loop vol. De dienst duurt erg lang en tot mijn schrik gaan er een paar mensen onderuit. In de zinderende hitte lopen we vervolgens het lange pad naar het graf. Onderweg haken mensen af. Veel te heet in de brandende zon. Het losse zand naast het graf stort bijna naar beneden. De touwen zijn te droog en snijden in de handen. Sprekers trekken zich in de schaduw terug. De familie slaat zich er dapper doorheen. Het is eigenlijk ondoenlijk hier. De gezichten van de belangstellenden worden steeds langer. Donkere wolken pakken zich boven het kerkhof samen. Een enorme stortbui barst los. Hagenstenen om hoofdpijn van te krijgen. Helemaal doorweekt in een paar tellen. Op hun slippers glibberen de mensen door de modderstromen. Het is een drama. Grafstenen vallen om. Mensen raken gewond. Gillende sirenes komen dichterbij. Grote paniek. Wat hoor ik toch? Wie of wat gilt er zo in mijn oor? Wanhopig keer ik me om. Ik kijk en kijk. Knipper nog eens met mijn ogen……… Zie ik het goed???? Rode knipperlichten? Het lawaai komt uit mijn wekker. Opgelucht plof ik op aarde en druk de sirene uit. Het was slechts een nachtmerrie van een uitvaart begeleider die zich te druk maakt over het weer. Het komt zoals het komt. Daar hebben wij (gelukkig) zelf geen zeggenschap over.